14 januari 2025
“Gemeentepolitiek in Buggenhout en Opdorp 1796 – 1920” is het eerste van twee delen (*).
Het boek begint in 1796 toen de Fransen korte metten maakten met het Ancien Régime. Ze drongen ons hun eigen bestuurlijke indeling op en benoemden plaatselijke notabelen om Buggenhout en Opdorp te besturen. Als agent en adjoint municipal vertegenwoordigden zij hun commune in het kantonaal bestuur van het kanton Lebbeke.
De plaatselijke gezagdragers kregen het geregeld aan de stok met de Fransen over de bemoeienissen met hun geloof en het invoeren van de legerdienst. Dat leidde o.m. tot hun afdanking én tot de tot onze verbeelding sprekende Boerenkrijg. Het heeft toen geen haar gescheeld of de boskapel was verkocht. Ook de invoering van de burgerlijke stand verliep niet overal en altijd van een leien dakje.
Napoleon maakte in 1800 van Buggenhout en Opdorp zelfstandige gemeenten met een volwaardig gemeentebestuur met aan het hoofd een burgemeester.
Wie was die eerste maire en wie waren de overige bestuursleden?
Werd het gemeentebestuur in de periode 1800 – 1830 door de inwoners verkozen?
Wie benoemde de burgemeester, de schepenen en de raadsleden?
België had zich nog maar net onafhankelijk verklaard en meteen werden gemeenteraadsverkiezingen uitgeschreven. Eind 1830 mocht een beperkt aantal kiesgerechtigde mannelijke inwoners zelf hun gemeentebestuur kiezen. Een 55-tal inwoners van zowel Buggenhout als Opdorp maakten van die mogelijkheid gebruik en kozen onder andere zelf een burgemeester – iets wat daarvoor niet kon en daarna tot 2024 ook niet mogelijk was.
De periode valt uiteen in twee grote perioden:
die van het cijnskiesrecht voor mannen en
het algemeen meervoudig stemrecht voor mannen.
Wat dat precies inhoudt?
Alle verkiezingen en gemeentebesturen vanaf 1830 tot en met 1911
Wie was kiesgerechtigd? Hoeveel kiezers daagden er bij de verkiezingen op?
Wat was het beroep van de verkozenen? Hoe “rijk” waren ze?
Hoe verliep zo’n gemeenteraadsverkiezing op de dag zelf en hoe werd de “uitslag” berekend?
Waarom waren er op zo’n verkiezingsdag soms twee aparte verkiezingen?
Wie werd uiteindelijk burgemeester, schepen en raadslid?
Wanneer werd de onlangs afgeschafte opkomstplicht ingevoerd?
Wanneer werd de kiesbrief zoals we hem nu nog kennen ingevoerd?
Dat alles en nog veel meer wordt uitgebreid behandeld en rijkelijk geïllustreerd met relevante archiefstukken.
Daarnaast volgt vanaf ongeveer 1820 een overzicht van de belangrijkste beslissingen die de gemeenteraad en het schepencollege in Buggenhout en Opdorp namen op het gebied van onderwijs, wegenwerken, financiën, gezondheid enz. enz.
In 1829 was er bijvoorbeeld sprake van een fusie tussen Buggenhout en Opdorp. Wat dachten de vroede vaderen toen over dat voorstel?
Misschien was een van uw voorouders burgemeester, schepen of raadslid. Een uitgebreid namenregister en voetnotenapparaat vergemakkelijkt het zoeken naar personen in dit uitgebreide naslagwerk.
Om te eindigen een fragment uit het voorwoord van Jozef Dauwe, eregedeputeerde o.m. voor Cultuur en Erfgoed Oost-Vlaanderen:
“Het eerste deel dat nu verschijnt, nl. Gemeentepolitiek in Buggenhout en Opdorp van 1796 tot 1920 is het resultaat van bewonderenswaardig jarenlang volgehouden en intens opzoekingswerk in alle beschikbare archieven. Wij kijken reikhalzend uit naar het verschijnen van het tweede deel, waarmee Buggenhout er een onvergankelijk literair-historisch monument bij krijgt. Het is weliswaar van papier, maar het zal de eeuwen trotseren en de samenhorigheid en de fierheid van de inwoners versterken, meer dan enig marmeren standbeeld dat ooit zou kunnen.”
Geïnteresseerd?
Het boek wordt op 28 maart 2025 in de raadzaal van het gemeentehuis voorgesteld. Verdere details volgen later.
De prijs bedraagt – exclusief verzendkosten – 50 euro bij voorintekening en 55 euro daarna.
De voorintekenperiode eindigt op 10 februari 2025.
De verzendkosten bedragen 10 euro.
Het gepaste bedrag kan uitsluitend worden betaald via het rekeningnummer BE61 0680 6072 1017 van Heemkring Ter Palen met als vermelding “Jaarboek 2025”.
(*) Het tweede deel over de periode 1921 – 2024 verschijnt eind 2026.